Verwijzing in bestemmingsplan naar beleidsregels
Al enige jaren is het mogelijk om op grond van artikel 3.1.2 lid 2 onder a van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) regels op te nemen in het bestemmingsplan, waarbij voor de uitleg van de uitoefening van de bevoegdheid kan worden verwezen naar de beleidsregels. Dit instrument is inzetbaar voor gemeenteraden ten aanzien van onderwerpen met betrekking tot een goede ruimtelijke ordening. Wij zien dit instrument ook steeds meer terugkomen in nieuwe bestemmingsplannen, maar soms gaat het toch mis.
Flexibele verwijzing
De verwijzing in het bestemmingsplan naar beleidsregels is met name interessant omdat de beleidsregels afzonderlijk van het bestemmingsplan, dat wordt vastgesteld door de gemeenteraad, kunnen worden vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders.
In de jurisprudentie wordt deze verwijzing naar de beleidsregels een dynamische verwijzing genoemd.
Parkeernormen en de dynamische verwijzing
Voorheen was het parkeerbeleid niet door middel van een dynamische verwijzing geregeld in het bestemmingsplan, maar waren stedenbouwkundige voorschriften, waaronder parkeernormen, opgenomen in de gemeentelijke bouwverordening.
Op het moment dat tegenwoordig een omgevingsvergunning wordt aangevraagd voor bouwen, kan het college van burgemeester en wethouders – als in de planregels een (dynamische) verwijzing is opgenomen – verwijzen naar het op dat moment geldende parkeerbeleid voor het betreffende gebied. Dit houdt in dat de parkeernormen, nadat het bestemmingsplan is vastgesteld dus nog kunnen worden gewijzigd.
Recente uitspraak
De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft al in eerdere uitspraken met betrekking tot dit onderwerp geoordeeld dat deze flexibiliteit niet in strijd is met de rechtszekerheid die burgers dienen te kunnen ontlenen aan een bestemmingsplan. De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft in een recente uitspraak van 8 november jl. (http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:RVS:2017:3004) echter wel opnieuw bevestigd dat het duidelijk moet zijn welke parkeernormen en dus welke beleidsregels van toepassing zijn. Indien dit niet duidelijk is, dan kan niet worden volstaan met een verwijzing naar een algemene regel ten aanzien van parkeernormen, zo oordeelde de Afdeling.
In deze recente uitspraak was in de planregels van het bestemmingsplan wel een bepaling opgenomen ten aanzien het parkeren, maar zonder parkeernormen. Ook betrof deze planregel geen (dynamische) verwijzing naar de beleidsregels, als bedoeld in artikel 3.1.2 lid 2 onder a Bro. Sterker nog, er was op dat moment voor het betreffende gebied geen beleidsregel ten aanzien van parkeren opgesteld. De aanvraag werd door het betreffende college slechts getoetst aan een niet vastgestelde beleidsnota, vaste gedragslijn en een visiedocument.
De Afdeling bestuursrechtspraak maakt hiermee korte metten en oordeelde dat deze documenten geen beleidsregels zijn en dat de planregels uit het bestemmingsplan daarom in strijd met de bepaling uit de Bro zijn vastgesteld.
Samenvattend
Bij de vaststelling van het bestemmingsplan dienen de parkeernormen te zijn vastgelegd in het bestemmingsplan of in de beleidsregels. Worden de parkeernormen onder verwijzing naar de concrete beleidsregels vastgesteld in het bestemmingsplan (dynamische verwijzing), dan kunnen deze nadien nog worden gewijzigd. Is van deze situatie(s) geen sprake, dan kan dit problemen opleveren bij de vaststelling van het bestemmingsplan en de verlening van omgevingsvergunningen. Dit is voor zowel gemeenten, projectontwikkelaars als burgers (omwonenden) goed om te beseffen.
Wilt u meer informatie, neemt u dan contact met mij op via: (g.pierik@abmaschreurs.nl of 06-23187983)