Notaris als begeleider bij het opstellen van een draagmoederschapsovereenskomst

Een nieuwe wet moet draagmoederschap in goede (juridische) banen leiden. Dat is het doel van het door de minister voor Rechtsbescherming, Franc Weerwind, ingediende wetsvoorstel. In dit wetsvoorstel wordt het opstellen van een draagmoederschapsovereenkomst onder begeleiding van een juridische deskundige verplicht, zoals de notaris.

De huidige wet- en regelgeving voorziet niet in een specifiek kader voor draagmoederschap. Daarom heeft minister Weerwind nu het wetsvoorstel ‘Wet kind draagmoederschap en afstamming’ ingediend.

Een belangrijk punt daarin is dat de draagmoederschapsovereenkomst zorgvuldig tot stand komt. Zowel de wensouders en de draagmoeder worden bij het opstellen van deze overeenkomst begeleid door een onafhankelijke juridische deskundige, bijvoorbeeld de notaris.

Aankondiging verlaging schenkingsvrijstelling eigen woning per 1 januari 2023

Op dit moment mag er ten behoeve van een aankoop eigen woning (of financiering) een bedrag van € 106.671,00 belastingvrij geschonken worden. In het regeerakkoord van 15 december 2021 is het voornemen opgenomen om deze vrijstelling per 1 januari 2024 volledig te laten vervallen.

Drastisch verlaagd

Voordat het zover is, heeft het kabinet vorige week voorgesteld om de vrijstelling te verlagen van € 106.671,00 naar ± € 27.000,00 per 1 januari 2023. Dit bedrag is gekozen omdat deze vrijstelling daarmee op hetzelfde niveau komt als de eenmalige vrijstelling voor schenkingen van ouders aan hun kinderen.

Nog geen akkoord

Vanzelfsprekend is hiervoor een wetswijziging nodig die nog moet worden goedgekeurd door de Tweede en Eerste Kamer. Of en wanneer deze wetswijziging wordt goedgekeurd is nog onzeker. We houden u op de hoogte!

Boete Wanneer Je Geen Energielabel Hebt

Een energielabel laat zien hoe energiezuinig uw woning is. Bij oplevering, verkoop of verhuur van de woning bent u als huiseigenaar verplicht een geldig energielabel te registeren. Eigenaren die geen geldig energielabel hebben geregeld bij verkoop van hun woning lopen het risico hiervoor een boete te krijgen van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT).

Boete op energielabel verhoogd per 1 november

Per 1 november 2021 is de boete verhoogd van € 170,00 naar € 435,00. Deze stijging hangt samen met de hoge kosten voor het energielabel*, de gemiddelde prijs hiervoor is in januari 2021 flink gestegen (van € 7,50 naar € 307,00).

Rechtspersonen die geen energielabel kunnen overhandigen bij de verkoop, kunnen een boete krijgen van 200 procent van € 435,00.

* volgens Vereniging Eigen Huis

Tip: Energielabel aanvragen voor 2021

Een energielabel heeft u nodig bij de verkoop en verhuur van uw woning en gaat 10 jaar mee.  Kijk hoe u dit label kunt aanvragen en voor meer informatie op de website van rijksoverheid.

Wat is een energielabel precies?

Een energielabel is een label dat laat zien hoe zuinig iets is. Volgens verschillende Europese richtlijnen moet een energielabel worden meegeleverd bij de verkoop van verschillende producten: een auto, een huis, elektrische apparaten, etc.

Voor een woning geldt dat het energielabel een koper of een huurder in één oogopslag laat zien hoe energiezuinig de woning is. De overheid wil er met dit energielabel voor zorgen dat huiseigenaren energiezuinige maatregelen nemen zoals de installatie van zonnepanelen, goede isolatie of een zuinige cv-ketel. Een energielabel is verplicht bij elke woningoverdracht.

Hoe komt u in 2021 aan een energielabel voor uw woning?

U maakt voor het verkrijgen van een energielabel een afspraak met een vakbekwaam energieadviseur. Deze komt bij u thuis langs om een aantal kenmerken van de woning op te nemen, zoals bijvoorbeeld de afmetingen, de aanwezige isolatie en installaties. Op basis hiervan maakt de adviseur een berekening hoeveel energie er nodig is voor bijvoorbeeld verwarming, warm water, etc. Als hij alles bekeken heeft, ontvangt u een energielabel.

Hoe lang blijft een energielabel geldig?

Een energielabel is 10 jaar geldig.

Hoeveel verschillende klassen zijn er?

Het energielabel voor woningen geeft met de klassen A (groen, zeer zuinig) tot en met G (rood, zeer onzuinig) aan hoe energiezuinig een huis is in vergelijking met soortgelijke huizen.

Blijven de kosten voor een energielabel gelijk of wordt het duurder?

Voor het aanvragen van een energielabel moet een vakbekwaam energieadviseur langskomen. Dit bezoek duurt 1-2 uur. De bepaling van het energielabel is daarom arbeidsintensiever geworden en dit heeft als gevolg dat het label duurder wordt.

Energielabel voorbeeld

Bekijk via deze link een voorbeeld van een energielabel voor een woning.

Belastingrente overlijden gaat weer ‘aan’ op 1 januari 2021

De Belastingdienst rekent voor overlijdens vanaf 1 januari 2021 weer belastingrente als de aangifte erfbelasting te laat wordt ingediend. Vanwege automatiseringsproblemen bij de Belastingdienst werd voor overlijdens vanaf 1 januari 2017 geen belastingrente gerekend bij belastingaanslagen erfbelasting.

Aangiften erfbelasting voor overlijdens in de periode dat de belastingrente ‘uit’ stond, krijgen niet alsnog met belastingrente te maken. Voor overlijdens in de periode van 1 januari 2017 tot en met 31 december 2020 geldt een zogenoemde eerbiedigende werking. Dat wil zeggen dat de belastingrente ‘uit’ blijft. De belastingrente wordt alleen aangezet voor overlijdens vanaf 1 januari 2021. Er wordt alleen belastingrente in rekening gebracht als de aangifte erfbelasting te laat wordt ingediend of als bij de definitieve aanslagregeling wordt afgeweken van de aangifte. Voor het indienen van de aangifte erfbelasting geldt een termijn van 8 maanden na het overlijden. Pas daarna wordt er belastingrente geheven. De Belastingdienst kan dit dus pas vanaf 1 september 2021 weer in rekening brengen.

Achterstanden

De vrijstelling van belastingrente was een gevolg van de vertraagde oplevering van het nieuwe systeem voor schenk- en erfbelastingprocessen van de Belastingdienst. Dat zorgde voor grote achterstanden in de verwerking van aangiften van erfbelasting. Inmiddels heeft de dienst het normale verwerkingsritme weer bereikt. Dat betekent dan gemiddeld 70 procent van de aangiften binnen 3 maanden na ontvangst door de Belastingdienst en 90 procent binnen 6 maanden na ontvangst zijn behandeld.

Verandering wet differentiatie overdrachtsbelasting per 1 januari 2021

Als u een huis koopt, moet u ook overdrachtsbelasting betalen. Hoeveel overdrachtsbelasting u moet betalen, wordt bepaald door een percentage dat berekend wordt over de koopsom plus de eventuele lasten (bijvoorbeeld extra kosten bij een veiling).

Op dit moment betaalt u óf 2% óf 6% overdrachtsbelasting. U betaalt 2% bij de koop van een woning plus de nabijgelegen gronden en u betaalt 6% bij de koop van een bedrijfspand of een stuk grond.

Vanaf 1 januari gaat dit veranderen, er wordt dan onderscheid gemaakt tussen:

  • starters (0%)
  • doorstromers (2%)
  • overige verkrijgers (8%)

Starters

Starters betalen vanaf 1 januari 2021 geen overdrachtsbelasting, zij mogen een beroep doen op de vrijstelling overdrachtsbelasting.

Wat is een starter?

Een starter is een natuurlijk persoon jonger dan 35 jaar die de woning als hoofdverblijf gaat gebruiken én de vrijstelling overdrachtsbelasting nog niet heeft gebruikt. Als hij wél eerder woningeigenaar was, maar géén gebruikt heeft gemaakt van de startersvrijstelling, dan kan hij toch als starter gezien worden. Als een starter gebruik wil maken van de vrijstelling overdrachtsbelasting, zal hij schriftelijk moeten verklaren:

  1. dat hij nog geen gebruik heeft gemaakt van de startersvrijstelling.
  2. dat de woning als hoofdverblijf zal worden gebruikt.

Doorstromers

Doorstromers betalen vanaf 1 januari 2021 2% overdrachtsbelasting. Voor deze groep woningeigenaren verandert het percentage overdrachtsbelasting niet.

Wat is een doorstromer?

Een doorstromer is een natuurlijk persoon die een woning koopt, deze woning als hoofdverblijf gaan gebruiken én boven de 35 jaar is óf eerder gebruik heeft gemaakt van de vrijstelling overdrachtsbelasting. Een doorstromer moet volgens de nieuwe wet een schriftelijke verklaring afleggen dat de woning als hoofdverblijf zal worden gebruikt.

Overige verkrijgers

Overige verkrijgers betalen vanaf 1 januari 2021 8% overdrachtsbelasting. Overige verkrijgers zijn natuurlijke personen die een woning kopen als vakantiewoning of een woning die zal worden gebruikt door anderen (bijvoorbeeld als een ouder een woning voor een kind koopt).

Wat betekent dit nu in de praktijk?

1. Jullie kopen samen een woning

Stel jullie zijn 34 jaar en 39 jaar oud en willen gaan samenwonen in een huis dat door jullie beiden wordt gekocht en jullie worden ieder voor de onverdeelde helft eigenaar. Dan geldt voor één van jullie (34 jaar) de vrijstelling (starter), de ander (39 jaar) heeft geen recht op vrijstelling (doorstromer). Het bedrag dat jullie moeten betalen aan overdrachtsbelasting wordt dan gedeeld door 2. Voor de ene helft geldt de vrijstelling en voor de andere helft geldt het tarief van 2%.

2. Ouders kopen een woning voor hun kind(eren)

Als u als ouder een woning voor uw (studerende) kind(eren) koopt met als doel deze te verhuren aan uw kinderen, bent u als koper een overige verkrijger en betaalt u dus 8% overdrachtsbelasting.

3. U koopt met uw nieuwe partner een woning

Stel u bent beiden al eerder getrouwd geweest en gaat met elkaar samenwonen. De woning koopt u beiden aan, ieder voor de onverdeelde helft en u bent beiden ouder dan 35 jaar. In dat geval wordt u aangemerkt als een doorstromer en betaalt u 2% overdrachtsbelasting.

4. Ik heb een huis gekocht, ben een starter en de levering vindt plaats in december 2020

In dit geval moet er 2% overdrachtsbelasting betaald worden. Dat is best jammer want als u een maand wacht, kunt u een beroep doen op de vrijstelling overdrachtsbelasting en hoeft u niks te betalen.

Kan ik dan de levering gewoon met een maand uitstellen?

Dat kan, maar alleen in overleg met de verkoper. Het kan zijn dat de verkoper het hier niet mee eens is omdat hij ook een huis heeft aangekocht en de opbrengst van het huis nodig heeft voor de aankoop. Ook loopt de hypotheek van de verkoper een maand langer door en heeft hij dus meer kosten.

5. Ik heb een vakantiewoning gekocht en de levering vindt plaats in februari 2021

In dit geval zou het voor het bedrag van de overdrachtsbelasting beter zijn als de levering van de woning nog in 2020 plaats vindt.

Kan dat? Ja, dat kan als u een Groninger akte laat opmaken door de notaris. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een constructie waarbij de onroerende zaak wel al wordt geleverd (onder ontbindende voorwaarden), maar de koopsom nog niet betaald wordt. U wordt op het moment van het tekenen van de akte eigenaar, maar krijgt nog niet de sleutel. Deze ontvangt u wanneer aan alle ontbindende voorwaarden is voldaan (zoals bijvoorbeeld het betalen van de koopsom). Wordt er niet op tijd voldaan aan de ontbindende voorwaarden? Dan vervalt de eigendom van de woning.

U kunt alleen deze maand nog aanvullend belastingvrij schenken

De regels voor belastingvrij schenken aan uw kinderen zijn de afgelopen jaren regelmatig gewijzigd. Vooral de regels voor schenken voor de eigen woning wijzigden vaak: bedragen werden in crisistijd opgeschroefd om de woningmarkt te stimuleren, vervolgens teruggeschroefd omdat de crisis voorbij zou zijn, om vervolgens weer te worden opgehoogd. Hoe zit dat nu eigenlijk precies? En wat kunt u dit jaar nog belastingvrij schenken? Abma Schreurs vertelt u er graag meer over.

Belastingvrij schenken, zo zit het;

Als ouders kunt u uw kinderen, ongeacht hun leeftijd, ieder jaar een bedrag van ruim € 5.000 belastingvrij schenken. Dat bedrag wordt ieder jaar geïndexeerd, in 2018 is het € 5.363. Andere verkrijgers, uw kleinkinderen bijvoorbeeld, kunt u ieder jaar ruim € 2.000 belastingvrij schenken. In 2018 is het geïndexeerde bedrag € 2.147.

Daarnaast kunt u, als uw kinderen tussen 18 en 40 jaar oud zijn, eenmalig een groter bedrag belastingvrij schenken. Mag dit bedrag vrij besteed worden? Dan kunt u in 2018 € 25.731 schenken. Wordt de schenking echter (binnen 3 jaar) besteed aan de eigen woning? Bijvoorbeeld voor aanschaf van een woning, een verbouwing of aflossing? Dan kunt u in 2018 € 100.800 schenken.

Het bedrag van deze laatste schenkingsmogelijkheid is de afgelopen jaren regelmatig gewijzigd:

  • Van januari 2010 tot en met oktober 2013 mocht u ongeveer € 50.000 belastingvrij schenken.
  • Van oktober 2013 tot en met december 2014 werd het bedrag verhoogd tot
    € 100.00.
  • Van januari 2015 tot en met december 2016 werd het weer teruggeschroefd naar
    € 50.000.
  • Per 1 januari 2017 werd het bedrag structureel verhoogd naar ruim € 100.000.

Hoe zit het met schenkingen gedaan in 2015 of 2016?

Nu kan de situatie zich voordoen dat u in 2015 of 2016 een belastingvrije schenking voor de eigen woning heeft gedaan, maar eigenlijk meer had willen of kunnen schenken. In die situatie kunt u dat nu alsnog doen. Maar dan moet u er wel snel bij zijn!

Tot en met 31 december 2018 geldt er in het kader van gelijke behandeling namelijk overgangsrecht. Dit overgangsrecht geldt alléén voor die gevallen waarin in 2015 of 2016 een schenking is gedaan voor de eigen woning van uw kind(eren). U mag dit bedrag voor het einde van dit jaar nog aanvullen met maximaal € 47.198, ongeacht het bedrag dat u eerder schonk. Schenkingen gedaan voor oktober 2013 mogen dus niet worden aangevuld.

Let op: de leeftijdseis geldt ook hier nog steeds! U mag de aanvullende schenking dus alleen doen als uw kind op dit moment nog tussen 18 en 40 jaar oud is. Is dat niet het geval, maar valt zijn of haar partner wel binnen deze leeftijdsgrens? Dan kunt u de schenking alsnog doen.

Schenkingen combineren

Uiteraard mag u de belastingvrije schenking voor de eigen woning en de aanvullende schenking combineren met de jaarlijkse belastingvrije schenking van € 5.363.

Vragen over schenken?

Heeft u vragen over (belastingvrij) schenken? Neem dan gerust contact met ons op of kom alles te weten over schenken.

Erfgenamen beter beschermd door wet BETS?

Maand van de Ondernemer > Blik op de toekomst

Onverwacht mogen meedelen in een erfenis. Meedelen in de spaarcenten van een oudtante. Of: plotseling eigenaar zijn van een vakantiehuisje in Frankrijk. Het klinkt vaak te leuk om waar te zijn.

Het gebeurt namelijk steeds vaker dat de erfenis schulden bevat. Als erfgenaam moet je hierdoor voorzichtig handelen. Aanvaard je de nalatenschap zuiver, dan word je ook met jouw privé vermogen aansprakelijk voor de schulden van de nalatenschap.

De nieuwe Wet bescherming erfgenamen tegen schulden (wet BETS) zorgt er sinds 1 september 2016 voor dat minder snel wordt aangenomen dat jij als erfgenaam de nalatenschap zuiver hebt aanvaard. Ook zorgt deze nieuwe wet er voor dat erfgenamen na een confrontatie met onverwachte schulden alsnog beneficiair kunnen aanvaarden.

Aanvaarden van de nalatenschap

Je hebt als erfgenaam de keuze om een nalatenschap wel of niet te aanvaarden.

> Bij het wel aanvaarden van de nalatenschap bestaat er de keuze tussen zuiver of beneficiair aanvaarden.

  • Aanvaard je als erfgenaam zuiver, dan word je als erfgenaam verantwoordelijk voor zowel de schulden, als bezittingen van de nalatenschap. Let op: door schuldeisers van de nalatenschap kan jij ook in privé worden aangesproken.
  • Aanvaard je de erfenis onder het voorrecht van een boedelbeschrijving (beneficiair aanvaarden), dan word je ook aansprakelijk voor alle schulden en bezittingen van de nalatenschap. Een belangrijk verschil met het zuiver aanvaarden van de nalatenschap is dat je met deze variant niet met jouw privé vermogen aansprakelijk wordt indien schulden hoger zijn dan bezittingen. Een zeer verstandige keuze dus.

> Het niet aanvaarden van de nalatenschap wordt ook wel het verwerpen van de nalatenschap genoemd.

Besluit je om de nalatenschap te verwerpen, dan ben je geen erfgenaam meer. Dit kan zowel financiële als emotionele redenen hebben. Verwerp je enkel om financiële redenen, dan kan beneficiair aanvaarden ook een goede oplossing zijn. Mogelijk blijken er in de nalatenschap toch nog onverwachte bezittingen te zijn. Zijn er enkel – zoals je mogelijk voorzag – schulden, dan ben jij daarvoor niet met jouw privé vermogen verantwoordelijk.

Let op, je zult zorgvuldig jouw keuze moeten maken: uitgangspunt is dat deze keuze niet kan worden teruggedraaid! Je hebt drie maanden te tijd om jouw keuze te maken. Deze periode wordt het recht van beraad genoemd. Schuldeisers van de nalatenschap mogen in deze periode niet in actie komen (tenzij de overledene al failliet was op het moment van overlijden).

Hoe maak je deze keuze kenbaar?

Het verwerpen of beneficiair aanvaarden van de nalatenschap kan worden gedaan bij de griffie van de rechtbank behorend bij de laatste woonplaats waar erflater is overleden.

Let op: de keuze wordt niet enkel kenbaar door het doen van deze verklaring. Jouw keuze kan ook worden afgeleid uit jouw handelen. Totdat jij je keuze hebt gemaakt: wees voorzichtig met jouw handelingen ten behoeve van de nalatenschap. Denk hierbij aan het leeghalen van de woning van de erflater of het doen van betalingen vanaf de rekening van de erflater. Hieruit kan worden afgeleid dat jij de nalatenschap zuiver hebt aanvaard.

Onduidelijkheid

Het moge duidelijk zijn dat in de praktijk veel onduidelijkheid was wanneer een erfgenaam zich nou als een zuiver aanvaard hebbende erfgenaam gedraagt. Soms werd hierdoor te snel aangenomen dat er sprake was van zuivere aanvaarding, zonder dat de erfgenaam daarop bedacht was.

In mei 2015 heeft de hoogste rechter van Nederland, de Hoge Raad, nog moeten bepalen dat het betalen van een etentje van de rekening van erflater, op de dag van overlijden, niet direct tot de conclusie kan leiden dat de erfgenamen geacht worden de nalatenschap zuiver te hebben aanvaard.

De wetgever heeft aanleiding gezien om meer duidelijkheid te verschaffen wanneer een erfgenaam zich ondubbelzinnig en zonder voorbehoud als een zuiver aanvaard hebbende erfgenaam gedraagt.

Wet bescherming erfgenamen tegen schulden (wet BETS)

Sinds 1 september 2016 is nu in de wet opgenomen dat de erfgenamen, die nog niet hebben verklaard de nalatenschap beneficiair te aanvaarden, geacht worden de nalatenschap zuiver te hebben aanvaard door bijvoorbeeld goederen van de nalatenschap te verkopen of te bezwaren, of op andere wijze deze goederen aan het verhaal van de schuldeisers onttrekt.

De bedoeling van de wet is om erfgenamen wel in staat te stellen om de nalatenschap te beheren, zonder dat zij dan direct worden geacht zuiver te hebben aanvaard. Gaan de handelingen van de erfgenamen verder dan het beheer, dan is er dus wel sprake van zuivere aanvaarding.

Een paar voorbeelden:

> het vestigen van een hypotheek op de woning van erflater is wel het onttrekken van de woning aan verhaal van de schuldeisers > wel zuivere aanvaarding.

> het meenemen van een fotoalbum uit de woning van erflater >  het fotoalbum is geen verhaalsobject en het meenemen daarvan leidt dus niet tot zuivere aanvaarding.

Alhoewel de wet ten doel heeft om duidelijkheid te verschaffen, zal nog per geval discussie kunnen worden gevoerd of de erfgenamen zich hebben gedragen alsof zij de nalatenschap zuiver hebben aanvaard.

Wil je deze discussie als erfgenaam niet: zorg er dan voor dat je de verklaring van beneficiaire aanvaarding uitbrengt. Ga je vervolgens als erfgenaam aan de slag met de nalatenschap, dan kan aan jou geen verwijt meer worden gemaakt.

Herkansing op beneficiaire aanvaarding bij onverwachte schulden

De nieuwe Wet BETS heeft nog een tweede verandering met zich meegebracht: heb je als erfgenaam zuiver aanvaard en word je geconfronteerd met onverwachte schulden: dan mag je alsnog het verzoek aan de kantonrechter doen om beneficiair te aanvaarden.

Deze uitzondering moet wel heel beperkt worden opgevat, het gaat slechts om uitzonderingssituaties. Het moet gaan om een schuld die je als erfgenaam niet kende, maar ook niet behoorde te kennen. Bovendien moet je binnen drie maanden na ontdekking van het bestaan van deze schuld het verzoek bij de kantonrechter indienen.

Het niet kennen van een schuld wordt niet al te snel aangenomen. Van jou als erfgenaam mag worden verwacht dat jij, voordat jij tot aanvaarding van de nalatenschap overgaat, enig onderzoek doet in de administratie van erflater. Van hypotheekschulden, debetsaldi van de rekening-courant, onbetaalde schulden en belastingschulden wordt de bekendheid verondersteld.

Wat is dan wel een onverwachte schuld? Een onverwachte vordering tot vergoeding van schade uit hoofde van onrechtmatig handelen door erflater tijdens diens leven.

Al met al blijft het gewoonweg verstandig om een nalatenschap beneficiair te aanvaarden. Mocht de nalatenschap een positief saldo hebben, dan deel je hierin mee. Als de schulden hoger zijn dan de baten, dan kan jij als erfgenaam hiervoor niet met jouw privé vermogen worden aangesproken. Dit blijft, met of zonder de Wet BETS, hetzelfde.

 

Wie betaalt de rekening-courantschuld bij echtscheiding?

Maand van de Ondernemer 2016 > Blik op de toekomst

Kennisbericht 16Bo_Visser-site

Veel ondernemers maken als zij trouwen huwelijkse voorwaarden op. Die voorwaarden houden dan in dat de onderneming buiten de gemeenschap van goederen valt en dus alleen van de ondernemer is. Doel hiervan is de partner veilig te stellen voor schulden van de onderneming, maar andersom ook het bedrijf veilig te stellen in het geval van echtscheiding. Helaas wordt dit doel niet altijd behaald.

In het artikel: “Hoe houd je de waarde van jouw bedrijf voor jezelf bij echtscheiding” van Laura Mulders is uitgelegd dat het ondanks de huwelijkse voorwaarden toch mogelijk is dat jouw ex-partner bij echtscheiding aanspraak kan maken op (gelden van) jouw onderneming (zie onderstaand een korte samenvatting van dit artikel).

Onderdeel van de ingewikkelde en omvangrijke verrekendiscussie die vaak speelt bij de afwikkeling van de huwelijkse voorwaarden, is de rekening-courant schuld van de Directeur Grootaandeelhouder (DGA) aan de besloten vennootschap (B.V.). Deze is namelijk van invloed op de waarde van de aandelen en/of de hoogte van de opgepotte winst. Maar ook is er vaak discussie over wie de rekening-courant schuld moet dragen, als deze door de echtgenoten is gebruikt voor de kosten van de huishouding.

Wat is een rekening courant schuld?

Iedere ondernemer betaalt wel eens privéfacturen met geld dat hij van zijn B.V. leent via de rekening-courant verhouding. Vaak gaat het verder dan dat en worden bedragen van de onderneming geleend om de kosten van de huishouding tijdens het huwelijk te betalen. Het salaris van de DGA blijkt dan onvoldoende om deze kosten te dragen. De bedoeling is dat deze privéuitgaven uiteindelijk weer aan de B.V. worden terugbetaald, maar vaak gebeurt dat niet (tijdig). Bij echtscheiding wordt deze schuld ineens een probleem, want:

Wie moet deze schuld betalen?!

Hoofdregel is dat schulden niet meetellen in de verrekening die alsnog dient plaats te vinden vanwege het niet-uitgevoerde periodiek verrekenbeding in de huwelijkse voorwaarden. Het gaat immers alleen om de herbelegging van overgespaarde inkomsten, dus slechts om positieve bestanddelen. Het is dus niet zo, dat als blijkt dat de waarde van jouw onderneming toch met jouw ex-partner moet worden gedeeld, op deze waarde de rekening-courant schuld in mindering kan worden gebracht, zodat jouw ex-partner feitelijk meedraagt in deze schuld.

Jouw schuld als DGA aan de B.V. verhoogt dus de waarde van de aandelen en de helft daarvan komt jouw ex-partner toe. Dit, terwijl jij zelf de hele rekening-courant schuld uiteindelijk zal moeten aflossen, zonder dat jouw ex-partner daarin deelt.

Dit voelt niet eerlijk. Waarom zou jij alleen voor een schuld moeten opdraaien, terwijl jouw ex-partner daar net zo goed de voordelen van heeft gehad. De kosten van de huishouding waren immers kosten van jullie samen.

De rechter kan niet bepalen dat jouw ex-partner ook tegen over de B.V. aansprakelijk wordt voor deze rekening-courant schuld. Maar deze kan wél bepalen dat jouw ex-partner voor de helft draagplichtig is voor de schuld en dat jij een vergoedingsrecht hebt. Hiervoor zijn bijzondere omstandigheden vereist.

Helaas bestaat zowel in de literatuur als in de jurisprudentie nog steeds verschil van mening over de precieze invloed van een schuld in rekening-courant op de omvang van de verrekenvordering. Met de uitspraak van de Hoge Raad van 8 juli jl. lijkt er meer duidelijkheid te zijn gegeven.

De Hoge Raad bepaalde in dat geval, kort gezegd, dat het Gerechtshof opnieuw onderzoek moet doen naar hoe en waarom de rekening-courant schuld precies is ontstaan en op grond daarvan een nieuwe beslissing moet nemen. Een ingewikkelde uitspraak, maar hieruit is af te leiden dat de Hoge Raad van oordeel is dat jouw ex-partner draagplichtig is voor het deel van de rekening-courant schuld dat is gebruikt voor de kosten van de huishouding, als de uitkeringen die vanuit de B.V. konden worden voldaan onvoldoende waren om deze kosten van de huishouding te dragen.

Het is nu wachten op de eerst beslissing van een rechtbank of gerechtshof waarin dit oordeel van de Hoge Raad concreet wordt toegepast.

Wat kun jij als ondernemer tijdens het huwelijk doen?

Voorkom dat je als ondernemer bij echtscheiding blijft zitten met een rekening-courant schuld!

  1. Gebruik de rekening-courant schuld niet om de kosten van de huishouding te betalen;
  2. Als je dit wel doet, houdt dan een goede administratie bij waaruit blijkt in hoeverre de rekening-courant schuld is gebruikt voor de kosten van de huishouding en hoe de B.V. er toen voorstond;
  3. Los tijdens het huwelijk al zoveel mogelijk op deze rekening-courant schuld af.

Wellicht ten overvloede: De gemeenschap van goederen

Voor de goede orde;, indien je bent getrouwd in gemeenschap van goederen is de onzekerheid over de rekening-courant schuld er niet. De schuld valt dan in de gemeenschap van goederen. Beide echtgenoten zijn dan gehouden om de helft van deze schuld aan de B.V. terug te betalen. Daar staat dan wel tegenover dat de aandelen in de B.V. ook in de gemeenschap van goederen vallen.

Samenvatting: “Hoe houd je de waarde van jouw bedrijf voor jezelf bij echtscheiding” van Laura Mulders

In de huwelijkse voorwaarden wordt vaak een periodiek verrekenbeding opgenomen, dat de echtgenoten verplicht jaarlijks de overgespaarde inkomsten (= de inkomsten van dat jaar die niet zijn uitgegeven aan de kosten van de huishouding) te verrekenen. De ervaring is dat de meeste echtgenoten aan zo’n verrekenbeding nooit uitvoering geven. Tijdens het huwelijk vloeien delen van deze overgespaarde inkomsten in de onderneming of blijven overgespaarde inkomsten in de onderneming achter als opgepotte winst. Bij echtscheiding dient de afgesproken verrekening dan alsnog plaats te vinden. Er wordt dan gekeken naar de herbelegging van de overgespaarde inkomsten. Daarbij geldt het vermoeden dat alles wat er op het moment van echtscheiding is, wordt vermoed te zijn ontstaan door herbelegging van overgespaarde inkomsten.

Hoe houd je de waarde van jouw bedrijf voor jezelf bij echtscheiding?

Maand van de ondernemer 2016 – Blik op de toekomst

Kennisbericht 3

Veel mensen weten dat huwelijkse voorwaarden gemaakt moet worden, zodat je niet in gemeenschap van goederen trouwt. Iedereen is zich ook bewust van de gemeenschap van goederen, die door het huwelijk automatisch ontstaat. Deze gemeenschap houdt in dat alle vermogensbestanddelen – en dus ook het bedrijf – bij helfte verdeeld moeten worden. Alhoewel dit ook zeer lastige materie kan zijn, zal ik mij  in dit Kennisbericht beperken tot de vraag:  ”Hoe de waarde van jouw bedrijf juist niet te delen en/of te verrekenen”.

Huwelijkse voorwaardenLaura Mulders

Wat veel ondernemers niet beseffen is dat óók bij gemaakte huwelijkse voorwaarden alsnog de gehele of een deel van de waarde van de onderneming met de ex-partner moet worden gedeeld. Weliswaar hoef je het bedrijf dan niet te “verdelen” het blijft immers jouw bedrijf, maar de waarde of een gedeelte van de waarde moet in zo’n geval worden “verrekend”. Of dat in jouw geval zou moeten, hangt af van de vormgeving van de huwelijkse voorwaarden. Om die reden zal hieronder een stappenplan gegeven worden, zodat je kunt bezien of in jouw geval de huwelijke voorwaarden aangepast dienen te worden.

Reden voor paniek? Het stappenplan:

Stap 1
1. Zeer voor de hand liggend, maar je begint met het erbij pakken van de huwelijkse voorwaarden. Meestal is hierin opgenomen dat géén gemeenschap van goederen zal ontstaan, meestal in het eerste artikel.

Check: √, ga naar stap 2.

Mocht dit er niet in staan, dan is wél een gemeenschap van goederen ontstaan. Immers zonder afwijkende huwelijkse voorwaarden op dit punt, is een gemeenschap van goederen het uitgangspunt.
Stap 2
2. Staat er in de huwelijkse voorwaarden een periodiek of finaal verrekenbeding? Dat betekent dat in de huwelijkse voorwaarden een artikel is opgenomen waarin – kort gezegd – staat: overgespaarde inkomens moeten aan het einde van het jaar verrekend worden, of bij het einde van het huwelijk moet alsnog verrekend worden.
De finale verrekening zal hier verder niet aan de orde komen, maar zo’n bepaling resulteert meestal in een bepaling dat bij het einde van het huwelijk alsnog de waarde gelijkelijk verrekend moet worden.

Conclusie: de waarde in het bedrijf kan dus niet door jezelf worden gehouden. Staat er dus wél een verrekenbeding in de huwelijkse voorwaarden?

Check: √, ga naar stap 3.

Mochten deze bepalingen over verrekening er niet in staan: gefeliciteerd!!! Je hebt succesvol een “koude uitsluiting” bewerkstelligd, waarbij geen verrekening van de waarde van jouw bedrijf hoeft plaats te vinden.
Stap 3
3. Van belang is welk inkomensbegrip is gehanteerd in de huwelijkse voorwaarden. Immers, alleen datgene wat als inkomsten wordt bestempeld én niet is uitgegeven (overgespaard) had je met elkaar moeten delen. Vallen in de huwelijkse voorwaarden onder inkomsten ook de winsten uit jouw onderneming?

Check: √, ga naar stap 4.

In de meeste gevallen valt winst uit onderneming onder het inkomstenbegrip. Bij hoge uitzondering niet.

Stap 4
4. Als het inkomensbegrip in het verrekenbeding winst uit onderneming betreft, moet je dus verrekenen. Er zijn verschillende mogelijkheden waarop de waarde van jouw bedrijf met de ex-partner verrekend moet worden. Hieronder zullen de verschillende manieren van verrekening kort worden toegelicht.

TOCH VERREKENEN, WAT BETEKENT DIT?

Zoals al even kort – bij stap 3 – aan de orde kwam: je had jaarlijks “overgespaard inkomen” moeten verrekenen. Dat betekent dat je dus ieder jaar bij de kerstboom had moeten bekijken welk deel van het inkomen niet is uitgegeven aan de kosten van de huishouding, maar in feite op de spaarrekening kon worden gezet. Als je dit jaarlijks hebt gedaan en ieder heeft de helft van dit bedrag gehad, dan heeft de verrekening plaatsgevonden en is er dus ook geen aanleiding meer om alsnog tot verrekening aan het einde van het huwelijk over te gaan.

De ervaring leert dat deze jaarlijkse verrekening bij de kerstboom niet plaatsvindt. Bij het einde van het huwelijk is onoverzichtelijk wat nu jaarlijks verrekend had moeten worden. De wetgever heeft om die reden een bewijsvermoeden opgenomen, dat alle vermogensbestanddelen worden vermoed te zijn gevormd uit hetgeen je had moeten verrekenen. Met andere woorden: op die manier kom je bijna toch uit op een gemeenschap van goederen. Pas als je kunt bewijzen dat geen overgespaard inkomen gemoeid is geweest bij een vermogensbestanddeel, blijft dit buiten de verrekening met de ex-partner.

Ten aanzien van de onderneming betekent dit dat je dient te bewijzen dat bij de oprichting van de onderneming of uitbreiding daarvan geen overgespaard inkomen is gebruikt. Ook mag er tijdens het huwelijk geen schuld zijn afgelost met overgespaard inkomen ten behoeve van de oprichting of uitbreiding van de onderneming. Ben je in deze bewijsopdracht geslaagd, dan valt de waarde van de onderneming (aandelen van de BV, of de waarde van de eenmanszaak) buiten de verrekening.

Maar, let op!

Nog steeds blijft een mogelijke aanspraak open, ondanks geslaagd te zijn in deze bewijsopdracht. Mocht je jezelf nu niet een “redelijk” salaris hebben uitgekeerd, waardoor winst in het bedrijf is achtergebleven, dan kan de ex-partner stellen dat deze “opgepotte winst” nog voor verrekening in aanmerking komt.

HOE NU VERDER?

Kortom, het is niet eenvoudig om erachter te komen wat jouw huwelijkse voorwaarden nu precies betekenen, helemaal als hierin een verrekenbeding is opgenomen. Het leidt in de meeste gevallen toch tot verrekening van (een deel van) de waarde van jouw bedrijf.
Ben je tot de conclusie gekomen dat jouw geval aanleiding geeft tot vragen, gezien de ingewikkeldheid van de materie of nu niet alle situaties in detail besproken zijn. Schroom niet om juridisch advies in te winnen, zodat je weet waar je staat en jij jouw rechtspositie mogelijk kan veranderen.

Laura Mulders

Tel.: 088-4331414

l.mulders@abmaschreurs.nl